'Puin op locatie betekent risico op asbest'

 
'Puin op locatie betekent risico op asbest’

Bron: ILT.nl
Nieuwsbericht | 22-11-2016

Een locatie is asbestverdacht als er puin of sporen van puin aanwezig zijn. Een bedrijf dat de grond daar moet onderzoeken, dient in dat geval altijd eerst na te gaan of er asbest aanwezig is. Dit blijkt uit een recente uitspraak van de Raad van State (RvS).

De RvS oordeelt hierin dat de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) in juni vorig jaar terecht een bedrijf een last onder dwangsom heeft opgelegd. Het bedrijf had puin op een locatie niet aangemerkt als asbestverdacht. De inspectie vond dat hier nader onderzoek naar de aanwezigheid van asbest had moeten plaatsvinden. Asbestvezels kunnen gevaarlijk zijn voor de volksgezondheid. Asbest moet verwijderd worden door een bedrijf dat daartoe bevoegd is.

Wanneer een bedrijf bij de uitvoering van onderzoek naar de kwaliteit van de grond of de bodem puin aantreft, dient in eerste instantie te worden uitgegaan van een asbestverdachte locatie. Gevolg hiervan is dat onderzoek conform de NEN5707 moet plaatsvinden. Deze norm stelt dat bij de aanwezigheid van puin in de grond sprake is van een asbestverdachte locatie. Als men voldoende kan motiveren dat deze verdenking onterecht is, hoeft geen onderzoek te volgen. Kan men dat niet dan dient wel onderzoek gedaan te worden naar de aanwezigheid van asbest.

In augustus 2015 is een nieuwe versie van NEN 5707 beschikbaar gekomen. Die verduidelijkt onder welke voorwaarden gemotiveerd kan worden dat de aanwezigheid van puin geen asbestverdenking geeft. Hierbij spelen het type puin en de datum van aanbrengen van het puin een belangrijke rol.

De uitspraak heeft gevolgen voor adviesbureaus en hun opdrachtgevers. Tot nu toe verrichtten veel bureaus geen aanvullende onderbouwing en historisch onderzoek als er geen asbest te zien was, al werd wel puin aangetoond. Door de uitspraak zullen adviesbureaus meer inspanning moeten verrichten om aan te tonen dat puinhoudende grond of bodem redelijkerwijs geen asbest kan bevatten. De inspectie gaat adviesbureaus hierop intensiever controleren.

De RvS oordeelt ook dat de inspectie vrij is om te kiezen welke maatregel zij oplegt als zij een overtreding constateert. Het bedrijf had bezwaar aangetekend tegen het feit dat de inspectie niet eerst had gewaarschuwd maar direct een last onder dwangsom had opgelegd. Dat mag de inspectie zelf bepalen, blijkt uit de uitspraak.

De ILT kan vijf maatregelen opleggen als zij een overtreding constateert. Die staan beschreven in de zogeheten interventieladder. Zij hoeft die vijf ‘tredes’ niet eerst stuk voor stuk af te lopen.