Verzamelbrief bodem en ondergrond november 2025

Gepubliceerd op 13 november 2025 om 10:41

Staatssecretaris Aartsen (Openbaar Vervoer en Milieu) informeert de Tweede Kamer over verschillende onderwerpen op het gebied van bodem en ondergrond. Onder meer de toepassing van bouwstoffen die voortkomen uit industriële afvalstromen. Daarnaast gaat hij in op de vaststellingsovereenkomst met Granuliet Import Benelux B.V. Ook bespreekt hij het onderzoek ecologische risicobeoordeling van micro- en nanoplastics en het verbetertraject diepe plassen.

De volgende zaken komen aan de orde:

1. De invulling van de motie Wingelaar inzake toepassing van op industriëleafvalstromen gebaseerde bouwstoffen:

Nieuwe inzichten uit onderzoek, bevindingen van het toezicht en ontwikkelingen inde markt kunnen aanleiding zijn om de normen en voorschriften in deze
systematiek (de bodemregelgeving) aan te scherpen of uit te breiden. In die context is in 2023 gestart met de herijking van de bodemregelgeving. Solide,
toekomstbestendige kaders in de regelgeving zijn nodig om aan te sluiten op de ontwikkelingen en inzichten. In dit kader wordt al gewerkt aan een aantal
maatregelen ten aanzien van secundaire bouwstoffen.
De weg die is ingeslagen zal worden voort gezet en een stevig beleidskader voor de hele keten van secundaire bouwstoffen neerzetten waarbij producenten hun verantwoordelijkheid nemen voor de kwaliteit van het materiaal, waarbij goed geregistreerd is waar secundaire bouwstoffen worden toegepast en waarin de toezichthouders in staat worden gesteld hun rol te vervullen. Einde van het jaar volgt informatie over een vervolgaanpak van het beleidskader secundaire bouwstoffen.

2. De invulling van de motie lid Wingelaar c.s. over Beaumix:

In de motie wordt de regering verzocht om te voorkomen dat Beaumix toegepast wordt bij de verbreding van de A2 zolang het onderzoek naar Beaumix loopt. Beaumix is een merknaam voor een product bestaande uit gewassen AVIbodemas. Gewassen AVI-bodemas is een relatief schoon materiaal, waarvan de kwaliteit vooraf is onderzocht en geborgd middelseen certificeringsproces. De onderzoeksresultaten hebben geen aanleiding gegeven om het
normeringskader of de kwaliteitseisen voor gewassen AVI-bodemas aan te scherpen. Het gebruik van gewassen AVI-bodemas in plaats van een primair gewonnen grondstof, zoals zand of grind, vermindert de noodzaak om winningen op land of in water te starten of te continueren en draagt bij aan ons streven naar een circulaire economie in 2050.

3. De vaststellingsovereenkomst met Granuliet Import Benelux B.V.:

GIB is leverancier van granuliet en heeft de Staat aansprakelijk gesteld voor geleden schade, als gevolg van het handelen van de Staat in het granulietdossier. Partijen hebben eind 2023 een vaststellingsovereenkomst gesloten. Onderdeel van deze overeenkomst is zoals gebruikelijk een geheimhoudingsbeding. Hieronder valt niet de mededeling dat de Staat ter finale kwijting aan GIB een schikkingsbedrag van 17 miljoen euro heeft betaald en dat met deze overeenkomst het (juridisch) geschil tussen beide partijen is beëindigd.


4. Het onderzoek ecologische risicobeoordeling van micro- en nanoplastics:

In het onderzoeksrapport Op weg naar een ecologische risicobeoordeling van microplastics voor beleidsdoeleinden van het RIVM aan (zie
bijlage) Wageningen Universiteit heeft een methode ontwikkeld om de risico’s van microplastics voor het milieu in te schatten. Het RIVM heeft met dit rapport die methode beoordeeld op haar bruikbaarheid voor het ministerie van IenW. Het RIVM concludeert dat de methode geschikt is voor het inschatten van de huidige risico's van microplastics in het milieu. Voor de aanpak van microplastics zijn echter nog veel aanvullende stappen nodig


5. Het verbetertraject diepe plassen.

In het verbetertraject voor het diepe-plassen-beleid is opgenomen dat bij de ruimtelijke ontwikkeling van een diepe plas de ecologische waarde een belangrijk aspect is dat bij het besluitvormingsproces rondom verondiepen moet worden meegewogen. Een objectief ecologisch toetsingskader is daarbij van belang. Er is in het onderzoek specifiek gekeken naar vijf binnendijkse diepe plassen in de provincie Noord-Brabant, waarvan veel ecologische data beschikbaar zijn. Het rapport geeft een eerste aanzet naar een methodiek en indicatoren om de ecologische kwaliteit van de plas te beoordelen. Een sterkere regierol van provincies zou kunnen helpen om een beter evenwicht te
ontwikkelen tussen het regionale aanbod van grond en bagger en het aantal verondiepingen binnen een regio.


6. Toezegging uitvoering motie Kostić en Soepboer.

De regering wordt in deze motie verzocht om met een voorstel te komen om sterker te borgen dat vervuilers zelf de kosten van de schade die ze met vervuiling door PFAS en de onjuiste toepassing van staalslak veroorzaken gaan betalen, en niet de belastingbetaler. Samengevat is in de regelgeving (o.a. middels de zorgplicht) invulling gegeven aan het beginsel om de kosten van milieuverontreiniging zoveel mogelijk op de veroorzaker te verhalen. Bij alle bodemsaneringen wordt gekeken in welke mate de kosten op de veroorzaker te verhalen zijn. Om het bevoegd gezag te ondersteunen bij invulling van de genoemde zorgplichtbepaling is een handreiking zorgplicht onder artikel 13 van de Wet bodembescherming bij bodemverontreiniging met PFAS gepubliceerd.

Bron: Rijksoverheid.nl